Op amper drie maand van het slechtste naar het beste vlinderjaar

    Eind mei leek het nog een bijzonder slecht voorjaar voor vlinders. Amper drie maand later vliegen er momenteel meer vlinders dan we ons van de laatste decennia kunnen herinneren. Hoe kan dat zomaar, en is daarmee alles weer in orde?

    Het voorjaar van 2021 was kil en nat en dat zorgde voor bijzonder lage aantallen vlinders. Deze toestand hoefde toen niet per se al zorgwekkend genoemd te worden, omdat de hoogste vlinderaantallen altijd in de (na)zomer vliegen en er niet noodzakelijk een verband is tussen de aantallen in het voorjaar en wat er daarna nog volgt. En zo geschiedde: het weer in de zomer kwakkelde wel, maar op een goede manier voor vlinders, waarbij zon en regen elkaar heel regelmatig afwisselden en dat was gunstig voor zowel vlinders als rupsen. Terwijl vlinders houden van warmte en zon, moeten rupsen het hebben van fors groeiende waardplanten. En aan plantengroei was er geen gebrek: water genoeg immers in tegenstelling tot de vorige vier zomers. In het begin van de zomer arriveerde bovendien een flinke golf atalanta’s uit het zuiden (een trekvlinder die ons jaarlijks in wisselend aantal bereikt en zich hier voortplant). Die hebben flink gekweekt op de sappig groene grote brandnetels en ook dagpauwogen (nog een soort waarvan de rupsen op brandnetels leven) zijn er meer dan gemiddeld.  In een natuurtuin goed voorzien van bloemen en nectar kan je momenteel op een warme dag tot een paar honderd vlinders aantreffen en dat is decennia geleden.

    Voor wie geen tuin vol bloemen heeft, kan het momenteel ook eenvoudiger: atalanta en in mindere mate dagpauwoog en gehakkelde aurelia komen ook heel gewillig naar rottend fruit. Zet een schaal met fruitafval op een zonnige plek en spektakel gegarandeerd! Voor wie het helemaal perfect wil maken: nog wat kristalsuiker over strooien en een flinke scheut (bv. te oude) rode wijn.

    Is hiermee het hele vlinderjaar 2021 nu gered? Nee, dat nu ook weer niet. Momenteel zijn vooral atalanta en dagpauwoog supertalrijk. Van die laatste werden tot vorige week ook nog veel rupsen gemeld, dus als het weer wat mee wil, dan gaan die aantallen nog toenemen de komende twee weken. Maar dat wil helemaal niet zeggen dat alle vlinders een super jaar achter de rug hebben. Van de gewone soorten hadden bv. landkaartje, kleine vos (nochtans ook twee soorten waarvan de rupsen op brandnetels leven), boomblauwtje, groot koolwitje en koevinkje allemaal een barslecht jaar met hele lage aantallen.
     
    ©2024 Natuur en Wetenchap vzw All Rights Reserved.