Hoe de mossel zijn lijm maakt

    Hoe maak je een lijm die niet te snel loslaat? Door af te kijken bij de mossel. Als er iemand goed is in het maken van stevige lijm, is het dit weekdier wel. Met zijn stevige, harige vezels (de ‘baard’ van de mossel) hecht dit beestje zich vast aan bijvoorbeeld rotsen, houten palen of schepen, en zelfs de kracht van de branding krijgt ze dan niet meer los. Eiwitten in het platte uiteinde van de baarddraden leveren de kleefkracht van de mossel. De sterkte van de vezels zelf is een gevolg van hun mechanische structuur, waarbij metalen en eiwitten met elkaar vervlochten zijn.

    Een team onderzoekers uit Duitsland en Canada heeft nu uitgezocht hoe die metalen in de mosselbaarden terecht komen, in de hoop dat het makkelijker wordt dit op termijn in onze eigen lijmstoffen te kunnen nabootsen.

    De mosselen verzamelen eerst de grondstoffen voor hun lijm in aparte compartimenten, schrijven de onderzoekers. Pas op het moment dat de kleefstof nodig is, komen alle ingrediënten samen in een netwerk van hele kleine kanaaltjes. Daar vormen de metalen en eiwitten binnen enkele minuten hun sterke verbindingen, tijdens de vorming van de mosselbaardharen. ‘Het lijkt een beetje op 3D-printen op deze manier’, vertelt chemicus Matthew Harrington. 

    De metalen (voornamelijk ijzer en vanadium) halen de mosselen uit het zeewater. Nadat ze zijn opgenomen worden deze bewaard en steeds verder geconcentreerd in metaalopslagkorreltjes in de cellen. De eiwitten maken de weekdieren zelf. Deze worden uitgescheiden in speciale klieren, en bewaard in kleine blaasjes. 
     
    ©2024 Natuur en Wetenchap vzw All Rights Reserved.