Vanaf 4 mei komt er een systeem van contactopsporing, om iedereen te testen die contact heeft gehad met een besmette persoon. Hoe zal dat in zijn werk gaan?
     tel: u hebt symptomen van COVID-19 en gaat naar de dokter of het ziekenhuis. Een test wijst uit dat u inderdaad besmet bent met het coronavirus. Dan zal de dokter dat signaleren aan het Vlaamse (of Brusselse, Waalse of Duitstalige) callcenter. Die telefooncentrale zal u vervolgens vragen om een lijst te maken van alle mensen met wie u de voorbije 14 dagen fysiek contact hebt gehad. "Waarom twee weken? Omdat u twee weken met het virus kunt rondlopen zonder het te merken, en zo anderen kunt besmetten", legde Vlaams minister-president Jan Jambon (N-VA) uit op de persconferentie van de Nationale Veiligheidsraad.

    Alle mensen op die lijst zullen vervolgens ook gebeld worden, om te zeggen dat ze mogelijk besmet zijn. "Maar als je gecontacteerd wordt, zul je alleen horen dat je contact hebt gehad met iemand die het virus heeft. De naam van die persoon zal niet genoemd worden, om privacyredenen", zegt Jambon. Het is de bedoeling dat de mensen op die lijst zich op hun beurt laten testen. "We gaan niet alle besmette mensen op die manier vinden, maar we zullen wel al veel fijnmaziger kunnen testen dan nu", vertelt Erika Vlieghe, de voorzitter van de expertengroep die de Veiligheidsraad adviseert. "In het begin van de epidemie hadden we een groot gebrek aan tests, en konden we alleen de ziekste mensen testen. Maar nu is er een enorme inhaalbeweging gebeurd, en nu is het moment om die extra tests in te zetten om te kijken waar er nog besmettingshaarden zitten. Zo kunnen we ook kijken wat er gebeurt als we bepaalde maatregelen versoepelen: wat zijn de gevolgen, en moeten we bijsturen?"

    In die callcenters zullen 2.000 voltijdse werknemers actief zijn. De centrales zijn afhankelijk van het Vlaamse, Waalse of Brusselse gewest, of van de Duitstalige gemeenschap, maar ze zullen wel een gemeenschappelijke gegevensbank hebben, waarin alle lijsten voor heel het land worden bijgehouden: "Als je in Antwerpen woont, kan het toch zijn dat je de afgelopen 14 dagen contact hebt gehad met mensen uit Brussel of Wallonië. Als je dat allemaal in verschillende databanken moet gaan steken, maak je de zaak natuurlijk complexer", legt minister-president Jambon uit.

    "Strikt vertrouwelijk"

    "Een contactonderzoek verloopt in het volste vertrouwen", geeft Joris Moonens van het Agentschap Zorg en Gezondheid in "De wereld vandaag" op Radio 1 mee. "Het is niet de bedoeling dat contactonderzoekers nagaan of je de regels van de lockdown wel hebt nageleefd. Ze zullen je dus niet beboeten of berispen als blijkt dat je stiekem een feestje hebt georganiseerd. Ze zijn er alleen maar om uit te zoeken welke mensen je  mogelijk besmet hebt.  Al wat je hen vertelt blijft strikt vertrouwelijk. De informatie wordt niet gedeeld met politie, justitie of werkgevers. Zelfs niet met familieleden."   

    Het contactonderzoek verloopt in de regel via de telefoon. Al kan het ook aan huis gebeuren. Dat is bijvoorbeeld het geval bij mensen die niet over een telefoon beschikken, aldus Moonens.

    En de app?

    De voorbije dagen en weken werd er gesproken over een app op de smartphone, die automatisch zou bijhouden met wie we contact hebben. Over zo een app werd op de persconferentie alleen gezegd dat de federale regering voor een juridisch kader zou zorgen. Want het zijn de regio's die bevoegd zijn om een app in te zetten. Maar voorlopig ziet het er niet naar uit dat onze smartphone binnenkort al onze contacten zal registreren. Een federale werkgroep heeft de mogelijkheden onderzocht, en de resultaten zijn niet overweldigend: in andere landen blijkt dat te weinig mensen de app installeren om effectief te zijn. En ook op het vlak van privacy blijven er vraagtekens. Het systeem met een app wordt verder onderzocht, zo klinkt het, maar het eerste halfjaar hoeven we die allicht niet te verwachten.

    Hoe werkt contactopsporing in de strijd tegen coronavirus? "Terzake" maakte er deze week een reportage over. 

    bron: vrt.be

    ©2024 Natuur en Wetenchap vzw All Rights Reserved.