Astronomen hebben ontdekt dat 70.000 jaar geleden een vreemde ster op 0,8 lichtjaren (of 8 triljoen kilometer) van onze zon voorbijraasde. Dat lijkt ver, maar in ruimtetermen is dat zeer dichtbij: op dit moment is de dichtstbijzijnde ster buiten ons zonnestelsel meer dan 4 lichtjaren van ons verwijderd.
De ster, een rode dwerg met de naam Scholz’ ster, vloog door de Oortwolk, de buitenste regionen van ons zonnestelsel. Indien ze wél volledig door ons zonnestelsel had gevlogen, had dat grote gevolgen kunnen hebben. Het zou zijn alsof een auto door een wolk van muggen zou rijden en alle muggen opzij zou duwen; zo had de ster verschillende kometen kunnen raken en die uit elkaar doen spatten, ook al ging het om een ster die kleiner is dan de zon en ook in kracht ook niet zo zwaar is als de zon. De rode dwerg heeft een relatief kleine massa en ook de temperatuur in de kern is lager dan die van grotere sterren. Ook in helderheid was de ster zo’n 50 keer zwakker dan wat we normaal met het blote oog kunnen zien. Toch denken de wetenschappers van de ruimtecentra dat de ster zichtbaar moet geweest zijn vanop de aarde: de ster was namelijk magnetisch actief waardoor ze bij momenten toch tot bijna duizend keer helderder kon worden. 20 lichtjaren Op dit moment is de ster, die de naam Scholz’s Star kreeg, zo’n 20 lichtjaren verwijderd van ons. Uit haar koers hebben de wetenschappers afgeleid dat de ster ons zonnestelsel 70.000 jaar geleden is binnengedrongen.