Uit nieuw wetenschappelijk onderzoek blijkt dat het ebolavirus muteerde in de periode van 2013 tot 2016 en hierdoor menselijke cellen beter wist te infecteren. In West-Afrikaanse landen heeft de ziekte al meer dan tienduizend levens gekost.
In december 2013 wordt een tweejarig jongetje in een dorpje in Guinee ernstig ziek. Later blijkt dat hij geïnfecteerd is met het ebolavirus. Als een lopend vuurtje verspreid de ziekte zich van dorpelingen via ziekenhuizen en begrafenissen naar nabijgelegen dorpen. Vorige maand schreef Joost Snijder een analyse op Scientias.nl over het ebolavirus.
Genmutaties
De uitbraak van ebola kan beginnen wanneer een mens contact heeft met een dier dat het virus meedraagt. Sommige vleermuizen en apen (zoals chimpansees) zijn verdacht, al is nog onduidelijk welke diersoorten het virus meedragen en mensen aansteken. Hoe dan ook: het virus springt zelden over naar mensen. Maar hoe kan er dan sprake zijn van zo’n grote uitbraak? Volgens onderzoekers ligt dit aan genetische aanpassingen. Er zijn namelijk genmutaties gevonden in een gen dat ervoor zorgt dat het virus beter in staat is om menselijke cellen te infecteren. Door deze mutaties werd de ebola-uitbraak steeds heftiger en daardoor ook moeilijker te stoppen.
Lees meer: Ebolavirus muteerde en wist mensen beter te infecteren